Op dit moment proberen we op verschillende fronten de positie van de huisarts te versterken. Zo hebben we recent in de Zwolle-regio het ALL-IN onderzoek afgerond waarbij huisartspraktijken antistollingszorg (VKA én DOAC) voor atriumfibrilleren meenemen in hun ketenzorgprogramma CVRM, inclusief de verplaatsing van het front office van de trombosedienst naar de huisartspraktijk. Dit hebben we vergeleken met controlepraktijken. We onderzoeken welke bekostiging voor huisartsen hiervoor nodig is, wat het betekent voor de praktijkvoering en de uitkomst voor onze patiënten (kwaliteit van leven, aantal bloedingen, aantal beroertes). De wetenschappelijke evaluatie volgt deze zomer. Ook bekijken we in het FRAIL-AF onderzoek of het verstandig is om ook bij kwetsbare ouderen met atriumfibrilleren DOAC-behandeling te geven. DOAC’s worden in een RCT vergeleken met traditionele VKA-behandeling. Tot slot werken we mee aan een landelijke registratie (DUTCH-AF) van alle nieuwe patiënten met atriumfibrilleren. In dit onderzoek kijken we naar therapietrouw en risicofactoren voor een bloeding bij orale antistolling.
Het antistollingslandschap verandert. Wij denken dat de huisarts hier een rol in kan spelen, maar alleen na gedegen wetenschappelijke evaluatie in de eerste lijn. Als u meer wilt weten over de genoemde onderzoeken, of andere vragen heeft over antistolling, kunt u mij altijd bellen of mailen.
dr. Geert-Jan Geersing, huisarts
g.j.geersing@umcutrecht.nl of 06-54394005