Onderzoek in tijden covid pandemie
Zeggen dat de huidige COVID pandemie voor iedereen een hele bijzondere tijd is, is een wagenwijd openstaande deur. Ook voor ons als leden van de onderzoeksgroep Infectieziekten in de Eerste Lijn zijn de afgelopen maanden heel bijzonder geweest.
Enerzijds moesten een aantal lopende studies tijdelijk worden gestopt. Zo waren we druk bezig met het opzetten van een studie naar de effecten van een interventie bestaande uit scholing en overleg met zorgverleners op de kwaliteit van antibiotica voorschriften bij kwetsbare ouderen met een urineweginfectie. Begrijpelijkerwijs hadden we plotseling geen toegang meer tot huisartspraktijken en verzorgingshuizen en lag alles stil. We hopen nu in september weer voorzichtig te kunnen beginnen en de verloren tijd op inventieve wijze gedeeltelijk te kunnen inhalen. Aan de andere kant was de pandemie voor ons ook het startschot voor nieuwe studies.
In februari al werd door een internationale groep onderzoekers ,waar wij toe behoren, geld van de Europese Commissie verworven om een lopende internationale studie naar diagnostiek en behandeling van lage luchtweginfecties te verlengen en aan te passen aan de COVID pandemie. Inmiddels zijn er vanaf begin maart jl. in 16 landen gegevens van ruim 2700 patiënten met luchtwegklachten in de huisartspraktijk verzameld over diagnostiek, adviezen en behandeling. Deze gegevens zullen belangrijke informatie verschaffen over hoe er in de eerste lijn in al die landen is omgegaan met patiënten die mogelijk COVID hadden. Tegelijkertijd is er een tweede studie opgezet waarin we naast gegevens over diagnostiek en behandeling ook op COVID testen door middel van de inmiddels bekende neus- en keelwatten. Er zijn op dit moment in vier gestarte landen ongeveer 250 patiënten in het onderzoek ingesloten. Het was opvallend hoe loyaal en inventief deelnemende huisartspraktijken waren in de toch hectische maanden om deel te nemen aan deze studies. Ook patiënten hadden veel begrip en werkten graag mee. Blijkbaar heeft deze pandemie ook op dit terrein een bepaald gevoel van noodzaak en urgentie losgemaakt waardoor zowel zorgverleners als patiënten bereid waren om zelfs in deze onzekere en drukke tijd een extra inspanning te leveren om ook aan wetenschap een bijdrage te leveren.
Dat bleek ook toen er recent in de pers berichten verschenen dat wij samen met onze Maastrichtse collega’s zeer waarschijnlijk een onderzoek mogen gaan doen naar de lange termijn gevolgen van COVID in de huisartspraktijk. Ongevraagd kregen we van meerdere patiënten e-mails met de vraag of ze al mee mochten gaan doen met onze studie voordat we het officiële bericht van subsidietoekenning hadden ontvangen!
Iedereen is uiteraard benieuwd hoe het komende winterseizoen in allerlei opzichten gaat zijn. In deze onzekere tijd hopen wij als onderzoekers in ieder geval zo snel mogelijk nieuwe inzichten te kunnen aandragen die een bijdrage kunnen leveren aan een betere bestrijding van deze pandemie.
Mede namens de overige leden van de onderzoeksgroep Infectieziekten in de Eerste Lijn,
Theo Verheij